Controles snelheid gaan door





 

ZEVENBERGEN – De politie blijft op snelheid controleren op de weg tussen Zevenbergen en Etten-Leur. Het aantal ongevallen neemt er ondanks de controles niet af.



De snelheidscontrole tussen Zevenbergen en Etten-Leur gebeurt soms wel en soms niet zichtbaar.

Het aantal overtredingen daalt wel. Op sommige dagen komen er 1200 voertuigen voorbij, waarvan er slechts een of twee worden geflitst. Vaak worden tegenliggers door medeweggebruikers met lichtsignalen gewaarschuwd voor de snelheidscontrole. Ook daar heeft de politie al eens bekeuringen voor uitgedeeld.



Jan Clarijs van het Verkeershandhavingsteam ziet nog geen reden om met de controle te stoppen. Toen het team in 2002 begon, werden er vijftien ongevallen met materiaalschade en tien met lichamelijk letsel geteld. Vorig jaar waren er 24 ongevallen met materiaalschade en nog altijd zeven met letsel. In 2003 was er zelfs een dodelijk ongeluk op het traject. „Daarom heeft het traject tussen Zevenbergen en Etten-Leur nog altijd aandacht nodig. De eerste twee jaar hebben we heel intensief gecontroleerd, dat doen we nu niet meer. Maar we staan er nog regelmatig. Soms bewust heel zichtbaar en soms ook niet zichtbaar“, zegt Clarijs.



In het najaar worden door de politieregio Midden- en West-Brabant alle dertig trajecten uit de regio onder de loep genomen. „We kijken naar de resultaten van de controle, staan we op de goede plekken en staan we er frequent genoeg.



Het is ook belangrijk dat het aantal ongevallen is teruggelopen en dat is tussen Zevenbergen en Etten-Leur niet gebeurd“, aldus Clarijs.



De politie merkt wel dat de snelheid op de Hazeldonkse Zandweg en de Zevenbergseweg structureel naar beneden is gegaan. Of er controle is of niet. Clarijs: „Toen we begonnen, liep tien procent tegen de lamp, dat is nu nog 3,5 tot vijf procent.“






Radarcontrole verbroedert automobilisten



Zaterdag 19 augustus 2006 - AFGELOPEN WEEK maakte de politie bekend dat ze op snelheid blijft controleren op de Hazeldonksezandweg in Zevenbergen richting Etten-Leur. Toen ik het bericht las, schoten de tranen me in de ogen. Niet vanwege het kapitaal aan bekeuringen dat dit voornemen me mogelijk gaat kosten.



Automobilisten waarschuwen elkaar met lichtsignalen voor het verdekt opgestelde radarapparaat.


Nee, het waren waterlanders van pure ontroering. Want al hebben de snelheidscontroles hun oorspronkelijke doel (geen ongelukken meer) nog niet helemaal bereikt, één schitterende resultaat hebben ze alvast wel opgeleverd: onvoorwaardelijke solidariteit.



Het is hartverwarmend om te zien hoe automobilisten die elkaar absoluut niet kennen, toch hun best doen elkaar te waarschuwen voor een verdekt in de berm opgestelde radarinstallatie: knipperen met lichten, zwaaien, toeteren en zelfs slingeren met de auto. Dat de politie verklikkers soms ook bekeurt, lijkt niemand iets te deren. De meeste bestuurders waarschuwen er naar hartenlust op los. En niet zonder resultaat: onlangs reden er op de Hazeldonksezandweg op één dag 1200 bestuurders langs de radar en deelde de politie slechts drie boetes uit.



Tegen zulke solidariteit is geen blauwe pet of bonnenboekje gewassen. Automobilisten die elkaar op een ander moment in het verkeer de huid vol zouden schelden, steken nu triomfantelijk de duim naar elkaar op. De radarcontrole verbroedert. Op de grens van Israël en Libanon moet ze niet met raketten schieten, maar meer snelheidscontroles houden!



Het afgelopen jaar hebben weggebruikers mij, met gevaar voor eigen bekeuringen, talloze malen behoed voor een vette prent. Nog steeds krijg ik vochtige ogen als ik de onbaatzuchtige signalen van mij volstrekt onbekende tegenliggers zie. Ze zijn helden.



Natuurlijk probeer ook ik het tegemoetkomende verkeer te waarschuwen. Knipperen met de lichten (de meest voorkomende waarschuwing) durf ik echter niet, uit angst voor een boete, dus wuif ik meestal lafjes met mijn hand. Ook bel ik steevast mijn vrouw, die vaak kort na mij van huis vertrekt: „Let op, ze staan er weer. Net voor de brug.“



Gelet op het aantal bonnen dat in de bus blijft vallen, lijkt het erop dat ze mijn boodschap niet helemaal begrijpt en extra gas geeft in plaats van remt. Op de vraag ‘heb je ze nog zien staan?’ luidt opvallend vaak ook het onthutsende antwoord: „Verhipt, da’s waar ook, helemaal vergeten!“ Ook dan wordt het me soms te machtig en schieten mijn ogen vol.





Hessel de Ree

 
 
Bron: BN/DeStem
 
  19-8-2006  


|

FlitsKaart