Kwartje van Kok terug aan pomp





 

DEN HAAG - Het kwartje van Kok zal onder druk van de LPF toch via een accijnsverlaging aan de automobilist worden teruggegeven in plaats van via een lagere wegenbelasting.



CDA en VVD maken geen bezwaar tegen deze wens van LPF-leider Herben, nadat diens fractie unaniem voor verlaging van de prijzen aan de pomp had gepleit. Onduidelijk is nog wanneer de prijsverlaging, die inclusief btw aan de pomp ruim 10 eurocent bedraagt, kan worden doorgevoerd.



CDA en VVD denken dat dit niet eerder mogelijk is dan in 2004, maar de LPF wil het kwartje volgend jaar al van de benzineprijs afhalen. Een aantal LPF'ers denkt daarbij zelfs aan 6 mei, exact een jaar na de moord op Pim Fortuyn, omdat deze groot voorstander van teruggave was.



Doorrekeningen
In Den Haag werd gisteren met smart gewacht op de nieuwe doorrekeningen van het Centraal Planbureau (CPB) van het forse pakket belastingverzwaringen en het grote aantal nieuwe fiscale stimulansen dat daarvoor in de plaats komt.



Omdat in 2003 al een groot aantal lastenverzwaringen wordt doorgevoerd waar slechts een kleine verhoging van de arbeidskorting tegenover staat, zou dit mogelijk tot koopkrachtverlies voor veel burgers kunnen leiden.



In de praktijk blijkt dit echter mee te vallen. Zo treffen de afschaffing van de Melkertbanen en de loonkostensubsidies de burger niet direct in de portemonnee.



Ook het afschaffen van de spaarloonregeling en de lijfrente-aftrek levert volgens de aanstaande coalitiepartners in 2003 geen financieel nadeel maar eerder een eenmalig voordeel op, omdat het geld dat anders voor jaren werd vastgezet nu vrij besteedbaar is.



Bovendien worden de huidige spaarloonsaldi in 2003 waarschijnlijk in één keer vrijgegeven, waardoor het geld direct opneembaar is en mogelijk tot een extra bestedingsimpuls voor de uit het dal kruipende economie zal zorgen.



De halvering van de algemene heffingskorting raakt burgers wel fors in de portemonnee, maar besloten is om deze maatregel in 2004 of 2005 geheel te laten samenvallen met de afschaffing van de onroerendezaakbelasting (ozb) voor particulieren.



Op basis van de nieuwe berekeningen van het CPB zullen CDA, LPF en VVD de komende dagen bepalen of bepaalde maatregelen nog een jaar naar voren of naar achteren moeten worden geschoven om het koopkrachtbeeld meer in evenwicht te brengen.



Ook wordt gekeken of bepaalde groepen over- of onderbedeeld zijn, zodat mogelijk nog enkele kleine specifieke maatregelen of aanpassingen moeten volgen. Vooralsnog lijkt bijna iedereen uiteindelijk op een jaarlijkse koopkrachtplus tussen 0 en 2 procent uit te komen.



Het halveren van de algemene heffingkorting raakt in principe elke Nederlander even hard, terwijl een verlaging van de successiebelasting van 80 miljoen euro voor veel families een voordeel kan betekenen.



Voor mensen met midden- en hogere inkomens zal vooral de afschaffing van het spaarloon en de lijfrente-aftrek een nadeel betekenen, maar levert het schrappen van de ozb en het nieuwe zorgstelsel door de vaste premie - zeker in gezinnen met kinderen - een voordeel op.



Personen met een uitkering of een laag inkomen profiteren niet of nauwelijks van het verdwijnen van de ozb, omdat velen profiteerden van het kwijtscheldingsbeleid dat gemeenten op dit gebied voerden. Wel bieden de nieuwe zorgtoeslag en de hogere inkomensafhankelijke kinderkorting een voordeel en tikt de accijnsverlaging vaak stevig door.



Ouderen daarentegen profiteren niet van de hogere arbeidskorting, maar hebben al een lagere heffingkorting en ondervinden bovendien geen hinder van het schrappen van het spaarloon en de lijfrente-aftrek.



De wegvallende ozb betekent veelal wel een flink voordeel. Bovendien trekken veel senioren geen hypotheekrente meer af, waardoor het dan te schrappen eigen-woningforfait een flink bedrag aan belasting kan schelen.

 
 
Bron: De Telegraaf
 
  7-2-2002  


|

FlitsKaart