Nederlandse automobilisten die in Frankrijk, Spanje of Italië worden geflitst, moeten erop rekenen dat ze vanaf 1 november van buitenlandse zusters van het CJIB voortaan een bon op de deurmat vinden.

Door aansluiting op het EUCARIS-netwerk (European Car and Drving License System) kan de jacht op hardrijders weldra beginnen. Deze aansluiting is nu afgerond.

Het RDW, het CJIB en de politie hebben conform Europese afspraken inzage in de kentekenregisters van andere lidstaten.

Tot dusver wisselden alleen Duitsland, Zwitserland en België naam- en adresgegevens uit van verkeersovertreders.

Ook de circa 750.000 buitenlanders die jaarlijks ongestraft met te hoge snelheid langs onze trajectcontroles en flitspalen scheuren zullen moeten betalen.

Boete thuisgestuurd
Nog voor het einde van het jaar krijgen ook Polen, Fransen en Engelsen "het gros van de notoire hardrijders" de boete thuisgestuurd. Zij behoren tot de tien procent van de 7,5 miljoen snelheidsovertreders die nu nog wegkomen zonder boete.

Dat beloven overheidsinstanties als het ministerie van Veiligheid en Justitie, het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) en de Rijksdienst voor het Wegverkeer. Per 1 november hoeven automobilisten zich niet meer te ergeren aan die wetsongelijkheid, stellen de overheidsinstanties in het politievakblad Blauw.

Met ingang van die datum heeft het RDW conform Europese afspraken inzage in de kentekenregisters van andere lidstaten.

Betalen
"Iedereen moet gaan betalen voor begane verkeersovertredingen", zegt Egbert-Jan van Hasselt, projectleider en verantwoordelijk voor de koppeling van systemen.

Van Hasselt voorziet wel praktische problemen doordat tal van buitenlandse kentekens uit elkaar moeten worden gehouden. Zo lijken Bulgaarse en (nieuwe) Belgische bedrieglijk veel op elkaar. Dat bemoeilijkt het zoeken naar de juiste auto en automobilist.

De koppeling volgt na jaren van klachten over het onvermogen om buitenlandse hardrijders aan te pakken. In 2007 werd reeds Europese wetgeving aanvaard om straffeloze verkeersovertredingen aan te pakken.

'Geen vertrouwen'
Advocaat Han Vallenduuk, specialist op het gebied van Europese verkeerswetgeving, betwijfelt of de nieuwe aanpak zal werken. Dat het zes jaar heeft geduurd voordat de systemen eindelijk worden gekoppeld, zegt volgens de jurist genoeg.

"Ik heb geen vertrouwen in deze aanpak. Het CJIB wil het graag omdat het om veel geld wegens niet-geïncasseerde boetes gaat, maar in andere Europese landen heeft het nauwelijks prioriteit", zegt Vallenduuk.

Hij ziet bijvoorbeeld de Franse gendarmes nog niet op pad gaan om bij een landgenoot een Nederlandse boete te incasseren. "Het gaat in de meeste gevallen om kleine boetes en dan heeft het niet zo veel zin om daarvoor veel overhoop te halen."

Geld
Het enige waarin Fransen volgens hem geïnteresseerd zijn, is het staande houden van zo veel mogelijk Nederlandse en andere Europese automobilisten. "Dan stroomt er tenminste meteen geld in de Franse pocket", aldus Vallenduuk.

De Nederlandse Europarlementariër Corien Wortman deelt zijn scepsis niet. Zij heeft zich jarenlang ingespannen voor het opheffen van de vrijbrief voor buitenlandse hardrijders. Al in 2008 stelde zij dat "niet-Nederlanders in Nederland per persoon voor 50 procent overtredingen veroorzaken".

Nu de nieuwe wetgeving wordt ingevoerd, verwacht ze een krachtige aanpak in alle Europese landen. "Polen zijn dus voortaan ook de klos. En als dat niet gebeurt, dan moeten landen die niet meewerken bij de Europese Commissie wegens weigering op het matje komen."