Occasionkoper gaat grens over





 

HEERHUGOWAARD - Er ontstaat een run op jonge tweedehands auto's uit het buitenland nu de prijzen van nieuwe wagens in Nederland met tien tot twintig procent zullen stijgen.



Door de forse prijsverhogingen voor nieuwe modellen zal ook de prijs van tweedehands wagens in ons land gemiddeld met enkele duizenden euro's omhoog gaan.



Het gevolg is dat het aantal Nederlanders dat voor een dergelijke occasion over de grens gaat shoppen, flink toeneemt. De papieren rompslomp en de kosten voor het importeren worden daarbij op de koop toe genomen.



Die verwachting wordt uitgesproken door VWE, het bureau voor voertuigdocumentatie en -administratie in Heerhugowaard. VWE, dat samenwerkt met onder meer de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) en de douane, is in ons land de grootste instantie die zich bezighoudt met de im- en export van auto's. VWE wordt gezien als een autoriteit op het gebied van de grensoverschrijdende autohandel.



Kale prijs
De Europese Commissie in Brussel ging gisteren zoals verwacht akkoord met nieuwe wetgeving omtrent de autodistributie in Europa. Een van de gevolgen daarvan is dat de 'kale' aanschafprijs van nieuwe voertuigen, dus zonder belastingen (bpm en btw), overal gelijk wordt getrokken.



Voor de Nederlandse consument betekent dat echter dat nieuwe auto's de komende tijd fors in prijs zullen stijgen omdat die kale prijs momenteel een van de laagste in Europa is. Deze krant meldde gisteren dat veel autofabrikanten al prijsverhogingen hebben doorgevoerd of hebben aangekondigd.



VWE-directeur T. Vestering verwacht dat het aantal door Nederlanders geïmporteerde auto's jaarlijks met enkele tienduizenden stuks zal stijgen. "Nu zijn het er in totaal nog zo'n 60.000. Straks zal het aantal geïmporteerde wagens omhoog schieten naar zo'n 90.000 à 100.000 stuks. Het gaat met name om mensen die een heel jonge occasion willen hebben. Door even in Duitsland of België te kijken, besparen ze toch al snel een paar duizend euro."



Voor nieuwe auto's zal shoppen in het buitenland door het gelijktrekken van de kale aanschafprijzen nauwelijks zoden aan de dijk zetten. De Nederlander die in het buitenland een nieuwe wagen koopt, moet bij invoering bpm en btw afdragen, anders krijgt het voertuig geen Nederlands kenteken en komt het hier niet op de weg. Uiteindelijk is de wagen dan vrijwel net zo duur als bij een Nederlandse dealer.



Overigens voorziet de VWE bij een sterk stijgende import van tweedehands wagens grote problemen bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer, de instantie die de wagen keurt voordat er een Nederlands kenteken wordt afgegeven. "Ze lopen daar nu al op hun tenen. Ik denk dat de wachttijd wel eens kans oplopen tot ruim een half jaar. Daar moet je als consument dus ook rekening mee houden", aldus Vestering.



De overkoepelende instantie van de Nederlandse autodealers, de NDA, stelt dat het allemaal niet zo'n vaart zal lopen. "Wij denken dat een stormloop op buitenlandse auto's zal uitblijven. Misschien is het voor hele jonge wagens interessant, maar voor oudere auto's zullen de prijsverschillen sterk teruglopen", voorspelt NDA-secretaris W. de Geus.



Bovendien vindt de NDA, die bij de Bovag is aangesloten, dat de consument eerst drie keer moet nadenken voordat hij in het buitenland gaat winkelen. "Hoe zit het met de garantie, met de service en met de verkrijgbaarheid van de onderdelen? Ik zie iemand niet met een kapotte auto naar bijvoorbeeld Berlijn afreizen. Daarnaast kunnen modellen in het buitenland qua uitvoering iets afwijken van die in Nederland, waardoor er nauwelijks onderdelen zijn te krijgen", aldus De Geus.

 
 
Bron: De Telegraaf
 
  18-7-2002  


|

FlitsKaart