„Rijden onder invloed is poging tot doodslag”





 

Drankrijders zwaarder straffen



De straffen voor rijden onder invloed zouden fors omhoog gaan als de deelnemers aan onze Stelling van de Dag op de stoel van de rechter zouden zitten. „Bij iedere drankrijder het rijbewijs intrekken, met welke overschrijding dan ook, dat lost een hoop op”, zegt deze respondent. Een ander verklaart: „Mensen die onder invloed een aanrijding met letsel veroorzaken, moeten standaard wegens poging tot doodslag worden vervolgd.” Zij staan in hun mening beslist niet alleen. We zien heel veel soortgelijke opmerkingen tussen de antwoorden.



Ruim driekwart van de 3034 deelnemers vindt de straffen voor rijden onder invloed te laag. Des te opvallender is het dan dat slechts 14% weet dat op een promillage van tussen de 0,81 en 1,0 een boete staat van 300 euro. De meesten (86%) geven hierop geen of een verkeerd antwoord. Maar dat het alcoholgehalte in het bloed maximaal 0,5 promille mag zijn, weten de meesten (70%) wel.



Ook weet het merendeel (69%) dat een vrouw van 55 kg met drie glazen het alcoholpromillage van 0,54 overschrijdt en dat dit bij een man van 70 kg bij vier tot vijf glazen het geval is. Veel mensen zouden dat promillage naar nul willen terugbrengen. Maar deze deelnemer sputtert tegen: „Met 1 of 2 glazen op achter het stuur hoeft helemaal geen probleem te zijn, vooral voor ervaren bestuurders. En controleer dan ook op drugs en medicijnen die de rijvaardigheid ook (zwaar) kunnen beïnvloeden.”



In grote meerderheid (88%) vinden de respondenten dat de straf voor een beschonken rijder niet zwaar genoeg kan zijn. „Dat je met je eigen leven speelt, is tot daaraan toe, maar spelen met andermans leven kan niet zwaar genoeg worden gestraft. Het is in feite doodslag.” Deze respondent doet er nog een schepje bovenop: „Met alcohol achter het stuur ben je een potentiële moordenaar.”



Bloedtest

Bijna unaniem (92%) is men voorstander van een bloedtest bij verkeersdoden om op die manier een exacter beeld te krijgen van het aantal slachtoffers van alcoholgebruik in het verkeer.



„Geld voor drank, dan ook geld voor een taxi! Anders een Bob”, vindt deze deelnemer. Een derde rijdt of heeft wel eens gereden onder invloed. De meesten (84%) spreken voor een avondje uit af wie de Bob is en dus geen alcohol drinkt omdat hij rijdt. Deze respondent zegt: „Ik merk op feestjes dat de Bob-campagne aanslaat. Je hoort vaak: ’O, die en die is nu de Bob’.” De meesten (67%) vinden de Bob-campagnes dan ook geen weggegooid geld. Al heeft die volgens hen vooral nut voor mensen die voor de gezelligheid een glaasje drinken en niet voor de zware drinkers en de probleemdrinkers. Maar, merkt deze deelnemer positief op: „Al wordt er maar één persoon door beïnvloed, dan is dat toch mooi meegenomen.”



Over de cursus Educatieve Maatregel Alcohol en Verkeer (EMA), die erop gericht is om mensen die zijn aangehouden met een alcoholpromillage van meer dan 1,3 tot een ander gedrag te brengen, is men verdeeld. 42% vindt dat zo’n cursus zin heeft, 50% denkt van niet. Nog iets negatiever is men over een EMA-cursus voor mensen met een promillage van tussen 0,8 en 1,0, die Verkeer en Waterstaat wil instellen. Volgens 57% zouden een hoge boete en ontzegging van de rijbevoegdheid meer afschrikken dan zo’n cursus. Maar 41% denkt dat het altijd goed is te proberen mensen verkeerd gedrag af te leren.



Deze lezer verklaart uit eigen ervaring: „Ik heb vijf jaar geleden meegedaan aan zo’n EMA-cursus; dat was een positieve ervaring. Ik neem nu altijd de bus of taxi of Bob.”

 
 
Bron: De Telegraaf (abonnee gedeelte)
 
  21-7-2006  


|

FlitsKaart