Tijd voor inhaalslag met 30-kilometerzones





 

Provincies en gemeenten moeten snel werk maken van betere 30-kilometerzones. In de huidige vorm voldoen ze vaak niet.

Dat stelt de ANWB woensdag naar aanleiding van honderden klachten van leden over de gebieden met een snelheidsbeperking tot 30 kilometer per uur.

Inhaalslag
De klachten kwamen binnen na een oproep in het ledenblad De Kampioen in september vorig jaar. "Een inhaalslag is nodig", zei een ANWB-woordvoerder. Gemeenten volstaan nu vaak met het plaatsen van borden.

"Het is tijd dat er daadwerkelijk iets gebeurt, bijvoorbeeld door straten te versmallen of door ze meer voetgangers- en fietsersvriendelijk in te richten".

Trend
Volgens de ANWB bevestigen de ongevallencijfers de zorg bij het publiek. Tussen 1990 en 2003 steeg het aantal doden in 30-kilometerzones jaarlijks met gemiddeld 8,5 procent, terwijl het aantal doden met respectievelijk 3,1 en 2,6 procent afnam op wegen met maximumsnelheden van 50 en 80 kilometer per uur. De afgelopen jaren is deze trend niet wezenlijk veranderd.

"De ANWB vindt dat er onverantwoord veel slachtoffers in woon- en schoolstraten vallen. Om politieke of financiële redenen blijft de situatie soms ongewijzigd", aldus de vereniging die de belangen behartigt van 3,9 miljoen leden.

Reserveren

De ANWB vindt dat de provincies een bedrag moeten reserveren voor de verbetering van de verkeersveiligheid. Daarvoor zouden ze kunnen putten uit de 80 miljoen euro extra die het Rijk jaarlijks voor dat doel beschikbaar stelt.

Daarnaast zouden provincies de gemeenten moeten aanspreken op problemen en is samenwerking nodig om problemen op te lossen.

 
 
Bron: Nu.nl
 
  28-3-2007  


|

FlitsKaart